I.v.m. het overlijden van Gerard Mortier hebben de media blijkbaar geen woorden genoeg om de man de hemel in te prijzen. Nu was Mortier zeker iemand die baanbrekend werk heeft verricht, die inderdaad heel wat veranderd en gemoderniseerd heeft in het operawereldje. De vraag is maar, of hij het ook verbeterd heeft en daarbij heb ik, als opera liefhebber*, wel mijn bedenkingen.
Opera is emotie, drama, passie, net zoals ook toneel dat kan zijn, of schilderkunst, of literatuur. Bij opera komt het er echter op aan die passie en emotie aan te voelen via de muziek, zowel van het orkest als van de zangers. Opera mag dan wel een totaalspektakel zijn; een prachtig decor, een geweldige kostumering, een ideale belichting stellen niets voor als het drama niet via de muziek kan worden aangevoeld en de passies geloofwaardig overkomen. De meeste gekende klassieke opera’s stammen uit vorige eeuwen, de jaren stilletjes zeg maar en waren geschreven in een andere tijdsgeest. Die opera’s nu opvoeren in een hedendaags kleedje lukt alleen als het gaat om een komische opera of e.o.a. uitzondering die eerder tijdloos is (een Bohème bv of – tot een zeker punt – een Faust). Opera’s met een historische achtergrond (Don Carlos, Vespri Siciliani) worden gewoon vermoord als men die uit hun historisch kader haalt. En laat dat laatste nu juist zijn waar een hele kliek intendanten en regisseurs al een tijdje mee bezig zijn. De laatste tijd is het zelfs mode geworden om filmregisseurs klassieke opera’s te laten regisseren. Iets waar de meeste helemaal geen kaas van gegeten hebben. Op dat gebied zijn het louter bijzaakspecialisten.
Gerard Mortier, hoe begaafd de man ook was, behoorde tot die laatste categorie. Bij hem kwam het er dikwijls op aan te choqueren, te provoceren. Hij gaf zelf toe weerstand nodig te hebben om te kunnen functioneren, zodat men na een opvoering niet meer sprak over de componist, maar over hem. Alsof dat nog niet erg genoeg was, had hij er een specialiteit van gemaakt ver over zijn budgetten te gaan, iets wat mede het gevolg was van het feit dat hij een vaste entourage had die hij overal mee naartoe sleurde, ook naar Salzburg en Madrid. Toen hij na tien jaar vertrok uit De Munt, liet hij er een put achter van 300 miljoen Bfr (± 7,5 miljoen euro), die men nog steeds aan het afbetalen is. Hij slaagde erin na zijn eerste seizoen bij de Salzburger Festspiele de organisatie ook daar in het rood te laten draaien, de eerste keer dat dat daar gebeurde en waar het nooit echt geklikt heeft. Toen hij in Salzburg vertrok verscheen er in een plaatselijke krant zelfs een (nep)overlijdensbericht van hem! Hij heeft ooit afgehaakt om operadirecteur te worden in het tweede operahuis van New-York, toen bleek dat men daar moest besparen. No money, no Mortier. Waarom hij in Madrid werd ontslagen, weet ik niet met zekerheid, maar de kans dat het ook daar om de centen ging, is levensgroot.
Kortom, Gerard Mortier was een uitzonderlijk man, een uitstekend Mozart kenner, een muzikaal genie, maar ook een uitgekookte manager die als geen ander profijt wist te halen uit zijn relaties met de politiek. Zijn generatie nieuwlichters hebben van de klassieke opera wel een farce gemaakt, waarbij Wagner, Verdi en Co zich gegarandeerd dikwijls voor in hun graf hebben omgedraaid en waardoor echte liefhebbers van dat genre hebben afgehaakt omdat ze niet gewend waren naar de opera te gaan om er zich te ergeren. Gelukkig is er vandaag de dag opera in de cinema, waar men live opvoeringen kan zien van o.m. uit de Metropolitan en Covent Garden, operahuizen die niet verwend worden met subsidies en waar men de toeschouwers in de eerste plaats opera’s laat zien zoals ze horen te zijn.
Tenslotte nog dit: Mortier was een geografische Vlaming, die het Belgische establishment te vriend wou blijven en op politiek vlak zeker geen sympathie had voor de Vlaamse verzuchtingen. Daarvoor achtte hij zichzelf te internationaal. Een zoveelste geval van Belgische recuperatie...
* Mijn vrouw en ik hebben 15 jaar een abonnement gehad op de opera van Luik, waar nog wél werken werden gegeven volgens het originele libretto (en steeds met Nederlandstalige boventitels). Daarvóór hadden we de doorstart meegemaakt van de Vlaamse Operastichting (Vlos), waar we gaan lopen zijn nadat regisseur Robert Carsten daar een Puccini cyclus had vermoord.
|