Nu de laatste feestdagen van mei voorbij zijn, blijven er nog een paar maanden om e.e.a. vast te leggen en/of te veranderen in onze politiek. Dan komt de vakantie eraan en daarna de gemeenteraadsverkiezingen, waarbij we elke normale vorm van politiek voeren mogen vergeten. Zoals ik gisteren al insinueerde: veel gekrakeel.
Er is hier, merkwaardig genoeg, weinig media aandacht aan besteed, maar Bart De Wever werd in Groot-Brittannië zowaar gelauwerd met de Edmund Burke Award, een jaarlijkse prijs voor verdienstelijke conservatieven. Edmund Burke was een 18-de eeuwse Ierse staatsman, die vond dat we omzichtig moeten omspringen met de complexe en kwetsbare beschaving die we van onze voorouders hebben meegekregen en die vervat ligt in de heersende tradities, cultuur en instellingen. Volgens de Britse stichting verdient De Wever die ‘omdat hij het conservatisme populair maakte in een links land’. Hij kreeg er o.m. de felicitaties voor vanwege de Britse premier May.
Of dat laatste hem ook hier zal helpen, is erg twijfelachtig, maar het duidt wel aan dat men ook buiten onze grenzen erkent dat Bart e.e.a. teweeg gebracht heeft. In 2006 was hij nog het enige gemeenteraadslid voor zijn partij in Antwerpen. Nu is die partij niet alleen daar, maar ook in Vlaanderen én België de grootste en is hij zelf burgemeester van de koekenstad. Men verwacht dat de N-VA bij de komende gemeenteraadsverkiezingen vooruit zal gaan en – als dat lukt – ook in de regionale eerder zal vooruit dan achteruit gaan. Tot spijt van wie het benijdt.
Bij die laatste groep horen in de eerste plaats alle traditionele partijen, die niet verwacht hadden dat ze, na de uitschakeling met behulp van het gerecht van het Vlaams Blok, langs rechts zouden voorbijgestoken en achtergelaten worden door een nieuwe Vlaamsnationale strekking. De kiezer vond dat christendemocraten, socialisten en liberalen vroeger kansen genoeg hadden gekregen om het beter te doen en het niet hebben waar gemaakt. Het socialisme is onherkenbaar geworden en het vooral linkse liberalisme van o.m. Verhofstadt is mislukt. De vroegere CVP, die inderdaad een volkspartij was, heeft als CD&V dat imago verloren en ligt, vooral sinds de voortdurende sabotagepolitiek van Peeters op federaal vlak en de linkse agitatie van het duo Crevits / Schauwvliegje op regionaal gebied, niet meer in de gunst van de Vlaamse kiezer. De zuilen met zelfstandigen, landbouwers, vakbonden én ondernemers, waarop de partij vroeger kon rekenen, stellen niet veel meer voor en wat er overblijft van de rechterzijde (Bogaert, De Crem & Co) is irrelevant geworden.
Dat voor wat Vlaanderen betreft. Dit land bestaat echter uit drie gewesten met twee verschillende landsdelen die steeds verder van elkaar vervreemden en daartussen een chaotisch, multicultureel Brussel, waarvan men nooit een gewest had mogen maken en dat steeds onbestuurbaarder wordt. Mocht er straks een linkse meerderheid komen in Wallonië, wat tot de mogelijkheden behoort, dan wordt België inderdaad onbestuurbaar, tenzij de verliezende Vlaamse traditionele partijen het linkse spel zouden willen meespelen. Dat zou Vlaanderen helemaal in een patstelling brengen en misschien wel eens de aanzet kunnen worden van ‘catalonisering’ van onze regio.
‘Elk nadeel heb se voordeel, zei Johan Cruyff.
|