In de weekeindeditie van De Tijd was er heel wat te doen over de financiering van de politieke partijen door de staat. Dat is niets nieuws en is grotendeels nog het gevolg van de Agusta affaire, waarna men wou vermijden dat partijen geld zouden zoeken in de zakenwereld en daardoor geneigd/verplicht (schrappen wat niet past) zouden zijn die relaties op e.o.a. manier te bevoordelen. Als men echter leest dat alleen al de Vlaamse politieke partijen vorig jaar in totaal zo’n 40 miljoen euro hebben gekregen, dan kan men zich daarbij toch afvragen of de slinger niet te ver in de andere, verkeerde richting is geslagen. Dat geld wordt verdeeld naargelang de stemmen die de onderscheidene partijen bij de laatste verkiezingen in 2014 hebben gekregen. In dat jaar werd de N-VA veruit de grootste partij in Vlaanderen, waardoor ze dus ook met de meeste centen ging lopen. Toen gebeurde er wel iets opmerkelijks.
De N-VA huurde nl op dat moment één verdieping van een groot appartementsblok in hartje Brussel, in de Koningsstraat. Daar de partij blijkbaar niet wist wat met dat extra geld aan te vangen, kocht ze het hele blok met acht verdiepingen (5.000 m²), waarvan ze de helft doorverhuurde. Die huur bracht haar vorig jaar zo’n miljoen euro op, waardoor men redelijkerwijze kan aannemen dat men met de huidige goedkope leningen die aankoop snel zal kunnen afbetalen. Op die manier van werken kwam er vanwege de andere partijen nu eens geen kritiek. Ergens logisch, want zeker de traditionele partijen hadden dat ook kunnen doen toen zij, vóór 2014, groter waren dan de N-VA en toen dus ook meer geld kregen. Open VLD en CD&V hebben trouwens ook een eigen hoofdkwartier in Brussel, maar die brengen hen niets op. Vraag die men daarbij wel kan stellen is, of het deontologisch wel verantwoord is dat partijen (álle partijen) zoveel staatssteun moeten krijgen. Vroeger viel dat minder op, maar een aankoop van vastgoed met geld van de kiezer/belastingbetaler, is m.i. toch een stap te ver en een duidelijk bewijs dat partijen zoveel geldelijke steun niet nodig hebben. Bijkomende vraag is daarbij wat de andere partijen, die dat niét deden, met dat eigenlijk overbodige geld dat ook zij toen kregen, wél deden?
Men zou er m.i. dan ook beter aan doen al die subsidies af te schaffen (plus die aan de media). Waarom zouden partijen en media geen geld mogen krijgen van derden, zolang dat allemaal maar transparant blijft voor iedereen?
Ook in Noorwegen zijn er dit jaar verkiezingen. Hoofdthema daar wordt de vermogensbelasting (‘formuesskat’ på norsk/in het Noors). Die belasting bestaat er al, maar het land heeft dat geld feitelijk niet nodig, het verdient genoeg aan de exploitatie van olie en gasvoorraden uit de Noordzee. Voor de linkse oppositie is ook daar genoeg blijkbaar nog niet genoeg, want die wil de taks van 0,85 op 1,2% brengen. Zo eens iets anders dan die van 25% (over enkele jaren pas) bij ons. De centrumrechtse partijen, die in Noorwegen momenteel de regering vormen, willen die vermogensbelasting laten uitdoven. Ondanks het belachelijke percentage dat bedrijven daar gevraagd wordt, is men er zich wel bewust dat een verhoging psychologisch kan meespelen en leiden tot kapitaalvlucht of gemiste investeringen.
Gelukkig land dat geen andere (financiële) problemen kent. Iets heel anders dan bv wat in Venezuela aan het gebeuren is. Het land met de grootste olievoorraden ter wereld (groter dan die van Saoedi-Arabië!) is zo goed als failliet na twee decennia socialistisch bewind*, eerst onder generaal Chavez en daarna onder Maduro, een gewezen buschauffeur. Venezuela heeft een inflatie van bijna 1.000% (nee, hier staat geen 0 teveel!), 85% van de geneesmiddelen zijn er niet meer te verkrijgen, de kindersterfte is er met 30% toegenomen en door de voedselschaarste weegt de gemiddelde Venezolaan zo’n 9 kilo minder dan 10 jaar geleden. Bij betogingen tegen het regime zijn al meer dan 100 demonstranten omgekomen, de meeste door politiekogels…
Bij onze PvdA wordt die Maduro opgevoerd als een held. Hij belichaamt nl hun partijprogramma: hoge belastingen, nationaliseringen en het boycotten van elk ondernemerschap. Dat diezelfde partij de Noord-Koreaan Kim Jong-Oen** bewondert is, zeker in de huidige tijdsgeest, te gek voor woorden. Vergeten we niet dat de kans bestaat dat de PTB, de Waalse tak van de ex-Amadezen, bij de volgende verkiezingen de grootste partij van Wallonië dreigt te worden…
* Doet denken aan dat mopje dat zegt als de Sahara socialistisch zou worden, er na 10 jaar geen zand meer zou zijn…
** Onze media schrijven Kim Jung-Un, maar spreken de naam uit op zijn Engels. Als ze hem in Noord-Korea Kim Jong-Oen noemen, moet men die naam hier met onze ‘oe’ schrijven, niet met de Engelse ‘u’. Dat laatste gedeelte past in het Nederlands trouwens beter bij zijn persoon…
In mijn blog van 16 mei van dit jaar, schreef ik i.v.m. het doorberekeningssysteem van de verkiezingsbeloften in de verschillende Europese landen, dat we best geen vergelijkingen meer moesten maken met Nederland, waar men traditioneel met twee partijen een regering vormde, maar daar nu niet in slaagt en men thans vier partijen nodig heeft. Toen waren onze noorderburen al twee maanden na hun laatste verkiezingen aan het ‘ouwehoeren’, om het op zijn Hollands te zeggen, maar kwamen er niet uit. Wel, ze zijn er nog steeds niet uit, straks al 5 maanden na de stembusslag van 15 maart.
Nederland is lange tijd een soort gidsland geweest, waar men naar opkeek, ook van bij ons. Dat lijkt voorbij te zijn, zoals ook de huidige eiersoap lijkt te bevestigen. Half mei mislukte een eerste poging tot vorming van een nieuwe regering omdat GroenLinks had afgehaakt. Die wereldverbeteraars wilden nl in het regeerakkoord de bevestiging hebben dat het land minstens 5.000 extra vluchtelingen zou opnemen, wat de andere drie partijen (PvdA, CDA en D66) niét wilden. Er komt nu een nieuwe poging, met deze keer de conservatieve ChristenUnie als vierde partner. Daardoor blijft D66 als enige linkse partij over in een voor de rest conservatieve regering en zal deze partij enkele ethische problemen mogen vergeten. Die thema’s (hun visie op euthanasie en wetenschappelijk onderzoek op embryo’s) hoopt men nu bij de nieuwe besprekingen achterwege te kunnen laten. Zo’n beetje zoals vorig jaar bij ons gebeurd is bij het toenmalig akkoord over de budgetcontrole en men overeenkwam de vennootschapsbelasting en de meerwaardetaks even te vergeten. Als het daar in Nederland nog lang duurt, gaan ze straks ons record van regeringsvorming nog verbeteren. Allemaal op zijn Belgisch, zeg maar, de omgekeerde wereld.
Vanaf 2018 zullen bedrijven voordeligere winstpremies (bonussen, zeg maar) kunnen uitdelen aan hun medewerkers. Ze moeten die dan wel geven aan ál hun werknemers. Dat is een van de beslissingen uit het zomerakkoord, waardoor bedrijven in feite de regel van de eerder afgesproken maximale loonsverhoging van 1,1% boven de indexaanpassing kunnen omzeilen. De werknemers houden aan die winstpremie ook meer over dan bij een gewone bonus. Iedereen tevreden dus? Nee, want de vakbonden zijn er tegen. Die vrezen nl dat de bedrijven een deel van de lonen zullen vervangen door bonussen, waardoor de staat (zeg maar: de Sociale Zekerheid) minder geld zal binnen krijgen. Helemaal onterecht is die kritiek niet, maar voor de vakbonden zal het ook nooit goed zijn. Naar buiten uit lijkt het er weer op dat ze liever hebben dat de werknemers minder krijgen, terwijl ze op manifestaties en betogingen steeds staan te roepen dat ze méér willen. De uiteindelijke wetteksten moeten echter nog gemaakt worden en het blijft dus mogelijk dat ook hier weer enkele ‘aanpassingen’ op zijn Belgisch kunnen gebeuren om kool en geit te sparen.
Wat in bovenstaand verhaal echter ook meespeelt is, dat de bedrijven niet meer langs de vakbonden moeten passeren om winstpremies uit te keren en denkelijk ligt daar het varkentje gebonden. Ook als het goed gaat zouden bedrijven dus eerst de toestemming van de syndicaten moeten krijgen, zodat die steeds een vinger in de pap kunnen blijven houden. Dat doet denken aan Peeters’ oplossing voor het nieuwe aanwervingsysteem binnen de havens, waar men, in tegenstelling tot vroeger, nu wel mensen kan aanwerven buiten ‘het kot’, maar eerst na toestemming van de vakbonden die, uiteraard, geen akkoord zullen geven als die mensen niet de juiste partij- en/of vakbondslidkaart hebben.
Zo fopt men Frederik en blijft de geschiedenis zich herhalen…
Of het allemaal waar is, wat ze er over schrijven, is nog steeds koffiedik kijken, maar – hoe men er ook tegen aankijkt en hoe het zal aflopen – dat eierschandaal, als we het zo mogen noemen, is wel een godsgeschenk voor onze media. Uitgerekend in de komkommertijd wanneer men meer dan zijn best moet doen om kranten, bladen en journaals volgeschreven en -gepraat te krijgen, komt er iets in de bus te vallen waar ze nog enkele weken, misschien wel maanden zoet mee zijn. Het is wel erg voor bedrijven, die helemaal geen Fipronil gebruikt hebben, maar óók tijdelijk gesloten werden (en worden). Het kan goed zijn dat daaruit nog een flink pak schadeclaims komen, waarvan men op dit ogenblik nog niet eens weet aan wie ze zullen moeten geadresseerd worden. Nu zijn ze bij ons wel straf in het zwartepieten, maar dit probleem is grensoverschrijdend, met zelfs veel grotere schade in Nederland, alhoewel daar dan wel de labcontroles gebeurden, ook voor België. Men is er ook nog niet uit hoe het komt dat de verschillen zo groot zijn tussen bv Nederland en België of tussen de verschillende testen onderling, terwijl men het in Duitsland stilletjes gehad heeft met de controles die hier van staatswege gebeuren. Dat laatste heeft trouwens niet alleen te maken met onze eierproductie, maar ook met onze kerncentrales – in de eerste plaats die van Tihange – die de Duitsers gesloten willen zien. Daarenboven blijft het een raadsel waarom de voedselcontrole in dit land valt onder Landbouw en niet onder Volksgezondheid.
Gelukkige mensen, zoals ondergetekende, die zelf enkele kippetjes in de tuin hebben lopen en die het doen met een dagelijks bakje granen, tafel- en groenteafval. Ik eet elke morgen een zachtgekookt, vers eitje als nagerecht bij mijn ontbijt. Om nog te zwijgen over de lekkere advocaat die ik af en toe van die eitjes maak, en dat allemaal gegarandeerd zonder Fipronil!
Er is de laatste week nogal te doen geweest over de presidentsverkiezingen in Rwanda. Dat landje wordt, sinds de massamoorden van 1994, geleid door Paul Kagame, een Tutsi, die de grondwet heeft laten ‘aanpassen’ en – als hij in leven blijft – nu verder kan regeren tot ergens in de jaren 2030. Hij haalde het met een Stalinistische monsterscore van bijna 99% en dat heeft veel weg van een dictatuur, iets dat door onze media dik in de verf wordt gezet. Toch is het kleine Rwanda momenteel een land waar vrede heerst en het economisch niet slecht gaat. Een groot verschil met de meeste landen van het zwarte continent, waar er – ongeacht het politiek systeem - miserie, armoede, uitbuiting en onderdrukking is, soms zo erg dat de mensen die kunnen, er gaan lopen.
Over Kagame wordt in onze media gezegd dat hij de oorlog in 1994 begon, maar dat is niet helemaal correct. Toen Rwanda – een vroegere kolonie van Duitsland, die daarna een Belgische protectoraat werd – van ons land zijn onafhankelijkheid kreeg (o.m. door de tussenkomsten van Willy Claes, toen minister van Buitenlandse Zaken) en het democratisch stemrecht werd ingevoerd, werden de Hutu’s er de baas nadat ze eeuwenlang overheerst geweest waren door de grotere en – volgens sommige – meer ontwikkelde Tutsi’s, die wel altijd een minderheid waren geweest. Het resultaat was een eerste genocide, waarbij heel wat Hutu’s vluchtten naar Oeganda. De oorlog die aanleiding was van de tweede genocide in 1994, werd misschien wel door Kagame begonnen, maar moet gezien worden als een vervolg van de eerste, met de terugtocht van de verdreven Hutu’s uit Oeganda die op hun beurt wraak namen. Opmerkelijk daarbij is dat in Rwanda sindsdien het Engels het Frans heeft vervangen als voertaal. De Tutsi’s hadden die laatste taal verleerd in het Engelstalige Oeganda.
Afrika is tegenwoordig één grote ramp, zowel humanitair als economisch. Als het dan ergens een beetje beter gaat – zoals nu in Rwanda – staan onze zedenprekers op de eerste rij om het systeem daar af te breken. Het is er inderdaad niet zoals wij denken dat het hoort, maar dat is het bijna nergens in Afrika, te beginnen met ‘onze’ Kongo waar men er zelfs niet meer in slaagt een presidentsverkiezing te houden, omdat Kabila Jr dan zou moeten aftreden. Ook daartegen wordt dan wel door de oppositie geprotesteerd via o.m. een regelmatige ver-van-mijn-bedshow in het voor hen veilige Brussel, maar dat verandert niets aan de hopeloze situatie van een land dat gewoon te groot is om efficiënt bestuurd te worden.
In de marge van bovenstaande nog dit: Peter Verlinden, de vaste VRT-correspondent voor Afrika in het algemeen, maar voor Kongo, Rwanda en Burundi in het bijzonder, is gehuwd met een Rwandese Hutu.
Onbevooroordeeld kan men hem dan ook niet noemen. Voor hem zal die Kagame het wel nooit goed doen, evenmin als Trump voor Björn Soenens, de VRT-specialist voor de States…
Die Zuhal Demir, onze nieuwste federale staatsecretaris, is een bezig bijtje. Dochter van Koerdische ouders uit Turkije, is zij hier bijna perfect geïntegreerd. Het enige wat haar nog stoort is haar dubbele nationaliteit en nu heeft ze bij de Turkse ambassade hier een aanvraag lopen om haar Turkse nationaliteit in te trekken. Nu maar zien of dat gaat lukken, want normaal doen ze dat daar niet. Als het aan haar alleen zou liggen, was het al gebeurd. Uitgerekend als staatssecretaris voor Gelijke Kansen is dit wel een statement dat kan tellen.
Feitelijk zouden allen die hier aan politiek doen, van het ogenblik dat ze zich kandidaat stellen, hun eventuele tweede nationaliteit moeten opgeven. Het gaat nl niet op dat hier verkozen politici straks misschien in het buitenland een tweede politieke carrière zouden kunnen beginnen. Wie maar één nationaliteit heeft, kan dat ook niet zomaar. Politici van allochtone afkomst die hun dubbele nationaliteit willen behouden – zeker als ze uit een land komen van buiten de E.U. - zouden daarvoor minstens een sluitende reden moeten hebben.
---
Ondertussen is ook Groen op het karretje van ‘den John’ gesprongen en eisen ze meer klaarheid in de toch onverkwikkelijke zaak van de met Fipronil besmette kippenstallen. Dat is hun recht, maar het ziet er niet naar uit dat die eierkwestie een regeringscrisis gaat worden. Zeker niet als het klopt dat de waarde van de vervuiling bij ons niet eens één tiende zou zijn van wat is toegelaten. We zijn nog niet aan dioxinecrisis 2.0 toe, al is het voor sommige politiekers wel leuk meegenomen in volle komkommertijd. Het is nog geen ‘kiep kwaait’, zoals in dat oude mopje.*
* Rijdt een Brit met zijn auto in Groningen in een groep kippen. Komt de boer aangelopen, helemaal over zijn toeren: ‘Keep quiet’, zegt de Brit. ‘Kiep kwaait, kiep kwaait?’, roept de boer, ‘het zijn er minstens vijf!’