Op 1 april 2010 – en dat was geen aprilgrap - schreef ik een blog over de Belgische pensioenen. Aanleiding daarvoor was het feit dat de toenmalige topman van de Rijksdienst voor Pensioenen, Gabriël Perl, met pensioen ging. Ik had nogal wat met zijn dienst te maken gehad en zijn naam regelmatig onder allerlei documenten te zien gekregen doordat ik 27 jaar in Nederland had gewerkt en nogal wat papier vuil te maken had vóór ik alles voor mijn eigen pensioen in orde kreeg. De reden waarom ik toen die blog schreef was, omdat Perl – een Waal, nota bene – bij zijn afscheid o.m. bevestigde wat ik toen hier reeds enkele jaren schreef, nl dat het fameuze zilverfonds van Vande Lala een lege doos was. Meer nog, hij zei erbij dat door de toevloed van gepensioneerden als gevolg van de uittreding van de zgn babyboomers ervoor zou zorgen dat de pensioenen binnen de federale begroting de grootste kostprijs zouden worden en dat het deficit dan pas zou exploderen.
We zijn nu vier jaar verder en feitelijk is er aan heel die pensioenproblematiek nog steeds weinig of niets gebeurd. De Belgische pensioenen zitten nog steeds onder zowel het Europese gemiddelde als de armoedegrens (van 1000 euro per maand). Een speciale expertencommissie, die daarover einde maart van dit jaar moest rapporteren, blijkt haar rapport nu plots niet vóór 25 mei klaar te krijgen en tilt daarmee het hele probleem over de verkiezingen. Bijna hilarisch wordt het als men weet dat o.m. gewezen minister en SP.a kopstuk Frank Vandenbroucke, die destijds zelf ook gewaarschuwd had dat de overheid haar verplichtingen niet zou kunnen waarmaken, ook in die fameuze commissie zit. Erger nog, volgens dezelfde Vandenbroucke kan die overheid de toekomst van ons pensioensysteem niet eens garanderen. E.e.a. maakt men reeds mee bij de begrotingen van steden en gemeenten, waarbij o.m. de Vlaamse OCMW’s tegen een schuld van 2 miljard euro aankijken juist door die oplopende pensioenlasten, waarvan iedereen had moeten weten dat ze eraan kwamen.
Raar dat men daarover weinig hoort tijdens de verkiezingscampagnes van de traditionele partijen en zeker niet bij de socialisten, die – tot bij het aantreden van de regering Di Rupo – achttien jaar lang bij Pensioenen de dienst hebben uitgemaakt. Op papier honderdduizenden nieuwe jobs beloven – waarvan dan waarschijnlijk nog het gros bij de overheid zelf – is een truuk van Luie Charel. De echte nieuwe jobs zullen van de ondernemingen moeten komen en zolang die niet beter door de staat gesteund worden zal daar allemaal niet veel in huis komen. Van ondernemingen die hier herstructureren of zelfs wegtrekken moet het heil niet verwacht worden. Met als bijkomend gevolg dat ook de meeste pensioenen laag zullen blijven, zeker voor die mensen die geen aanvullende pensioensverzekering kunnen nemen hebben.
|