Ik had het al geschreven in mijn blog van 27 augustus (‘Trammelant in Avondland’): het belangrijkste probleem zijn de postjes en dat is nog altijd zo. Als allerlaatste van de 28 E.U.-landen moet België nog doorgeven wie de Belgische kandidaat wordt voor een job van Eurocommissaris. Voor zover dat nog niet bekend zou zijn in het buitenland, weet nu iedereen dat het bij ons in de eerste plaats om de postjes gaat, waarvoor zelfs een regeringsvorming moet wijken. Het probleem is nl dat de verdeling ervan normaal besproken wordt nadat men bij die regeringsvorming een akkoord heeft over alles en dat deze intentie doorkruist werd door een eis van de Luxemburgse voorzitter van de E.U. commissie, Jean-Claude Juncker, die een naam wil vóór donderdagavond. Dat trouwens niet alleen, de rokende en drinkende bon vivant uit Luxemburg – althans volgens zijn opvolger bij de Eurogroep, de Nederlander Dijsselbloem – wil persé een vrouwelijke kandidaat, omdat er van die sekse al te weinig zouden zijn in ‘zijn’ commissie. Daarbij komt nog dat een vrouw waarschijnlijk een zwaarder doorwegend departement zou krijgen dan een man. Positieve discriminatie dus, al kan er bezwaarlijk van Marianne Thyssen gezegd worden dat ze niet bekwaam zou zijn. Het feit echter dat zij – oh, zo toevallig – tot dezelfde politieke familie als Juncker behoort, is vragen om verdachtmaking.
Met Federica Mogherini bleek men minder problemen te hebben, ongeacht het feit dat de Italiaanse amper een half jaar minister is in haar eigen land – maar dan wel van Buitenlandse Zaken – en ze dus nog alles te bewijzen heeft. Nu ja, haar voorgangster, de Britse Catherine Ashton, stelde ook niet veel meer voor, tenzij dan dat ze een (van de Queen gekregen) adellijke titel droeg.
Voor CD&V wordt heel die zaak wel een dilemma, want de partij, die qua zetels in de Zweedse coalitie pas op de derde plaats komt, kan bezwaarlijk én een Europees commissaris, én een eerste minister (Peeters) én daarbij nog twee ministers (De Crem en Geens) claimen. Waarschijnlijk wordt Reynders dan toch Europees commissaris met een verwaarloosbaar Europees departement en Peeters Belgisch premier. De reden waarom CD&V daarvoor zal kiezen, is dat een federale premier het bij een volgende verkiezing beter zal doen dan iemand uit Europa, dat voor vele kiezers toch maar een ver-van-mijn-bed show blijft. Kijk maar naar De Gucht, die als Europees commissaris voor handel toch een serieus parcours liep, terwijl dat in de verkiezingen van 25 mei voor de eigen partij weinig of niets heeft opgebracht. Dat, niettegenstaande diezelfde De Gucht toch regelmatig opviel met uitspraken over de Belgische politiek. Bij een Marianne Thyssen zou dat straks nóg minder het geval zijn.
Kortom, woensdag en donderdag gaat de Zweedse coalitie beslissingen nemen over enkele zware thema’s, o.m. de begroting, de besparingen, de nieuwe inkomsten en de lastenverlagingen. Pas als men het daarover eens zal geworden zijn, zal Juncker waarschijnlijk zijn Belgische kandidaat kennen. Hij kan dan op zijn beurt beginnen met het uitdelen van postjes…
|