In De Tijd van 11 dezer verscheen er de gebruikelijke column van Carsten Brzeski, een Duitse monetaire specialist, die zo’n tien jaar in Brussel verbleef als senior economist voor ING Belgium. Of ik zijn meestal interessante columns nog veel zal kunnen lezen, is me niet meteen duidelijk, daar de man sinds 1 september naar zijn heimat is teruggekeerd, waar hij nu hoofdeconoom is van ING Duitsland. Niet de eerste de beste dus.
Zijn column van 11 dezer besluit Brzeski met de opmerking dat hij sinds zijn verblijf in dit land misschien wel wat ‘onDuitser’ is geworden dan hijzelf had gewild. Meer bepaald doordat hij hier steeds meer ging voelen voor het inruilen van principes tegen pragmatische oplossingen. Dat lijkt misschien allemaal een beetje ingewikkeld, maar is een bevestiging, dat er hier inderdaad heel wat rondlopen die hun principes met de glimlach verloochenen als het hun goed uitkomt. Hij schrijft er dat natuurlijk niet bij (zou slecht kunnen zijn voor zijn carrière), maar hét voorbeeld hiervoor is Guy Verhofstadt, die het klaar kreeg om drie burgermanifesten te schrijven over hoe hij de evolutie van Vlaanderen zag en daarna compleet kazak keerde, toen hij de kans kreeg er iets aan te doen. Ook Verhofstadt koos toen voor een pragmatische oplossing: een regering met wie dan ook, als hij de CVP er maar buiten kon houden. Niet dat de CVP voor Vlaanderen zoveel betekende, maar van wat het genie uit Gent er tenslotte zelf van terecht bracht, is zijn eigen partij zelfs de dag van vandaag nog niet bekomen.
Friedrich von Hayek, de Oostenrijkse Nobelprijswinnaar economie, waarmee Verhofstadt dweepte toen hij zijn burgermanifesten schreef, heeft ooit gezegd: ‘Wie zijn principes verloochent, gaat naar de hel’. Als het hem een troost mag zijn, hij zal daar niet alleen zijn. Als we Brzeski mogen geloven, is dat verloochenen hier bij ons ondertussen, in de politiek althans, iets alledaags geworden.
|