Gisteren ondertekende Artur Mas, de minister-president van Catalonië, het decreet om op 9 november a.s. een referendum te houden over onafhankelijkheid. Daarmee wordt zijn regio de tweede die dit jaar zo’n referendum houdt, na het Schotse waar een nipte meerderheid toch verkoos bij het Verenigd Koninkrijk te blijven. In tegenstelling tot het Schotse referendum, dat werd toegelaten door de Britse regering, zou dat van Catalonië ongeldig zijn binnen de Spaanse wetgeving. Het is maar hoe men het bekijkt, want elke revolutie is tegen de wet en toch zijn er zo heel wat staten ontstaan, de Belgische inbegrepen.
Het blijkt trouwens dat er nog nooit een natie onafhankelijk is kunnen worden via een referendum. Mocht het in Catalonië lukken, dat zal het toch (voorlopig?) de uitzondering zijn die de regel bevestigt. De meest opmerkelijke splitsing van een land binnen Europa was die van Tsjecho-Slowakije. Die zou er meer dan waarschijnlijk ook niet door een referendum gekomen zijn, maar kwam er gewoon omdat men er niet meer in slaagde een nationale regering te vormen. Die zgz ‘fluwelen’ splitsing verliep rimpelloos en beide nieuwe landen zijn er niet slechter op geworden. Zeker Slowakije, het armste gedeelte, heeft zich na de splitsing serieus herpakt en behoort nu zelfs al tot de eurozone. Het zou een voorbeeld kunnen zijn voor Wallonië.
Als wij in Vlaanderen nog kunnen hopen op e.o.a. vorm van onafhankelijkheid, dan zal het moeten gebeuren volgens het fluwelen model van Tsjechië en Slowakije. Reeds van bij de splitsing van de nationale politieke partijen in dit land, werd er gesteld dat het ooit zou kunnen gebeuren dat men in de onmogelijkheid zou komen nog een nationale regering te vormen. Na de 451 dagen voor de vorming van de regering Di Rupo zitten we nu alweer meer dan 4 maanden voorbij de verkiezingsdatum en laat niets vermoeden dat er snel een nieuwe federale regering zal komen. Volgens sommige persberichten zou de zgn Zweedse coalitie dit weekeinde de “landing’ inzetten. ‘Eerst zien’, zei de blinde.
|