‘Wat bezielt Kris Peeters?’, is de vraag die politiek Vlaanderen zich dezer dagen stelt. Nadat hij als vice-premier in het federale kernkabinet mede de extra bewaking door militairen (fase 3 van de terrorismedreiging) had goedgekeurd, probeert hij sinds een week er alles aan te doen om die militairen weer uit het straatbeeld te krijgen. Dat doet hij niet in het kernkabinet, waar zo’n discussie thuis hoort, maar wel via een soort eenmansoppositie. Eerst ging hij met zijn vrouw (zo krijgen we die ook eens te zien) shoppen op de Antwerpse Meir, daarbij vergezeld van een VRT-cameraploeg, om toch maar te laten zien dat alles veilig was. Nu, een week later, heeft hij, via zijn Antwerpse afdeling, de partijmilitanten opgeroepen om op facebook openlijk vragen te stellen bij die militaire aanwezigheid, met waarschijnlijk als bedoeling straks te kunnen zeggen dat ‘de mensen’ (dixit Leterme) zich toch ongerust voelen als ze gewapende para’s zien.
Blijkbaar is de man nog steeds gefrustreerd als gevolg van het feit dat hij het in Vlaanderen bij de laatste verkiezingen moest afleggen tegen la Homans, dat hij zijn droomjob als Vlaams minister-president kwijt is, dat hij zijn verwachtingen binnen de federale regering moest bijstellen om Marianne Thyssen aan een Europese tweederangsjob te helpen en dat hij nu ‘slechts’ vakminister is binnen die regering, iets waarvoor hij vroeger gezegd had te zullen passen. Het heeft veel weg van een burn-out en, mocht dat waar zijn, dan doet zijn partij er goed aan in te grijpen. Het feit dat noch Peeters noch de rest van de partijtop onmiddellijk wilde reageren, spreekt boekdelen. Toch is er daarvoor een verklaring.
Uitgerekend deze week stond er nl in alle kranten een postelectorale analyse van socioloog Marc Swyngedouw. Deze had de resultaten van de verkiezingen van 25 mei 2014 ontleed en was tot de bevinding gekomen dat de N-VA in de eerste plaats groot geworden was door de stemmen van ex-VB kiezers en niet door die van Open VLD of CD&V. Dat zou een volgende keer wel eens anders kunnen worden. Nu CD&V binnen centrumrechts steeds resoluter naar links opschuift, komt er in het electorale centrum een vacuüm en krijgt de N-VA de kans om ook in die richting op te schuiven en kiezers te winnen. Een ruk naar links zal CD&V in verhouding weinig opbrengen, want dan zal ze daar moeten gaan concurreren met SP.a, Groen en PvdA, die het met z’n drieën moeten stellen met amper aan kwart van de kiezers. Zo ziet het er meer dan ooit naar uit dat de N-VA inderdaad de grootste Vlaamse volkspartij zal worden. Met dank aan de concurrentie.
|