In deze tijden van terreur en afscheidingsreferenda lijkt het alsof er geen ander nieuws meer is dat de moeite waard is vermeld te worden. Toch gebeurt dat. Zo was er vorige week de uitspraak van een geleerde Amerikaanse professor, een zekere Bruce Gilley, verbonden aan de Portland State University, dat het koloniale tijdperk toch niet zo slecht was, zeker niet voor Afrika, waar men – volgens hem - er nu op vele plaatsen slechter aan toe is dan vóór de dekolonisatie.
De man publiceerde zijn studie niet op de sociale media, maar in het academisch tijdschrift Third World Quarterly (TWQ). Dat nam niet weg dat er massaal protest kwam tegen wat Gilley geschreven had. In de States zijn de media, zeker die op universitair niveau, nog politiekcorrecter dan bij ons (een van de redenen waarom Trump vanuit die hoek steeds gecontesteerd wordt). Gilley trok zijn artikel weer in, vooral omdat hij zag dat er geen serene discussie over mogelijk bleek. Hij had in zijn studie o.m. gesuggereerd dat de Belgen beter naar Kongo terugkeerden.
Van dat laatste weten we ondertussen dat zoiets een mission impossible zou worden. Sinds de onafhankelijkheid hebben de Kongolezen weinig of niets nieuw verwezenlijkt, maar wel alles wat er al was kapot gemaakt. De enigen die in ‘Onze Kongo’ sindsdien nog iets verwezenlijkt hebben zijn de Chinezen. Die hebben – zgz ‘gratis’ – wegen aangelegd – van de Kongolese mijnen naar het dichtst bijgelegen vliegveld, soms zelfs in een ander land - met als enige doel die mijnen te plunderen voor het eigen profijt. Zoals ik eerder al eens schreef, de dag dat men Kongo weer aan België zou geven, gaat dit land helemaal failliet.
Om Afrika te redden, had men moeten afzien van het behoud van de koloniale grenzen en hadden de landen herverdeeld moeten worden volgens de verschillende volksgemeenschappen. Dat dit zelfs niet gelukt is in Soedan, waar men recentelijk die grenzen veranderd heeft, komt doordat in het nieuwste land (Zuid Soedan) er ook weer twee volkeren wonen die elkaar het zonlicht niet gunnen.
|