Na het vertrek van Valerie Van Peel en Lorin Parys moest de N-VA op zoek naar twee nieuwe ondervoorzitters. Niet zo eenvoudig in een partij met een voorzitter die de ene termijn na de andere herbevestigd wordt en alle belangstelling naar zich toetrekt. Van Peel en Parys zijn niet voor niets opgestapt.
Tenslotte heeft men er toch twee gevonden die in De Wevers plannen zouden passen: brave oudgediende Steven Vandeput en de politiek totaal onbekende Lieve Truyman, die nog alles moet bewijzen. Vooral haar benoeming heeft toch voor wat beroering gezorgd. Vrijwel iedereen dacht nl dat de post zou gaan naar de gedoodverfde kandidate, Vlaams parlementslid Maaike De Vreese. Niet dus. Kwatongen beweren dat haar link met Theo Francken, eerder het boegbeeld van de rechterzijde van de partij, haar de das heeft omgedaan. Francken zelf heeft ook al enkele keren vruchteloos gesolliciteerd voor de job.
Wie bij de N-VA de dag van vandaag ondervoorzitter is, speelt trouwens geen rol. Zolang er genoeg N-VA kiezers gevonden worden die vinden dat De Wever voor Vlaanderen het alfa en het omega is, zal de job van ondervoorzitter inderdaad ondergeschikt blijven. Er zit de twijfelaars niets anders op dan bij de volgende verkiezingen De Wever én zijn partij een duidelijk teken te geven en bv bij de regionale verkiezingen van 2024 een stem uit te brengen op rechts. Daar dat blijkbaar niet zal helpen binnen de partij (bv op Francken) blijft enig alternatief het VB. Federaal kunnen De Wevers afeccionados dan nog altijd als compensatie voor de N-VA kiezen om misschien weer federaal mee te mogen onderhandelen, o.a. met Magnette, met het risico op een nieuwe ‘Marrakech’ debacle als resultaat. Als de Vlaamsnationalisten in 2024 in het eigen parlement echter de meerderheid zouden behalen en beslissen samen te werken, zal dat niet meer nodig zijn.
|