De OESO, de organisatie van 30 Westerse industrielanden, heeft in haar laatste rapport België nog maar eens aan de schandpaal gezet, omdat het nog steeds de koploper blijkt te zijn van de belasting op arbeid. Zo wordt het loon van een alleenstaande zonder kinderen (en die zijn er hier meer dan elders) belast op 51%, terwijl het OESO-gemiddelde slechts 34,4 is (in Nederland 35,5%).
Nu is onze federale minister zonder Financiën bezig daar iets aan te doen, maar zeker niet genoeg.
Om te beginnen zullen start-ups niet langer kunnen genieten van de DBI-aftrek* en nauwelijks nog aan vers kapitaal te geraken, waarna sommigen dat zullen gaan zoeken in het buitenland en daar dan blijven.
Een andere maatregel zullen de nieuwe belastingen op flexibele verloningssystemen zijn, waardoor ook minder nieuwe initiatieven zullen zijn.
De fiscale hervorming van ‘Van Prutseghem’ wordt geen belastingverlaging, maar een belastingverschuiving. Dat terwijl er nog altijd pakken overbodige subsidies, voordeelregimes (zoals o.m. bij de groenestroomcertificaten, Bpost e.d.) , overtollige geldverslindende bestuursniveaus met teveel ambtenaren zijn, zeker in vergelijkbaar met de ons omliggende landen,
Kortom, het blijft dweilen met de kraan open, wat Crootje & Co ook mogen beweren.
*De regeling van de definitief belaste inkomsten, ook de DBI-aftrek, de DBI-vrijstelling of het CBI-regime genoemd, is een regeling in het kader van de vennootschapsbelasting in België.
|