Het zal wel zo stilaan voor iedereen duidelijk zijn dat zowel de federale regering als deze van de gewesten met grote tekorten op hun begroting komen te zitten. De reden is zeer eenvoudig: wegens de voortdeinende crisis komt er minder geld binnen en kan er in feite ook minder worden uitgegeven. De nieuwe kersverse Vlaamse minister van Financiën, Philippe Muyters (N-VA), heeft dat ook gezien en hij denkt nog dit jaar een 200 miljoen euro extra te zullen moeten besparen. Volgend jaar worden dat er één miljard en dat alles om ervoor te zorgen, dat de begroting van de Vlaamse regering tegen 2011 weer schuldenvrij zou zijn. Dat zou een lofwaardig initiatief zijn, ware het niet dat de politiek in dit land meer en meer op een soort driebandspel begint te gelijken. Het haalt weinig uit, ook voor Vlaanderen, als ons gewest bespaart terwijl de anderen dat niet doen. De Waalse deelregering heeft al beslist dat hun begroting vóór 2015 niet sluitend hoeft te zijn en dat het zelfs nog wat later mag worden. De Brusselse "regering" heeft zelfs niet het flauwste idee wanneer ze ooit een sluitende begroting zal kunnen voordragen. Het gevolg van dit perverse spel is, dat zowel de Waalse als de Brusselse regering extra schulden zullen blijven maken en dat die tenslotte door België zullen mogen worden bijgepast, door de Vlamingen dus. De vraag is dan ook, of het niet beter zou zijn géén sluitende Vlaamse begroting te hebben, zolang daar niets tegenover staat vanwege de andere regio's. Muyters heeft in elk geval al één klok laten horen, nl dat hij een scenario van besparingen voorbereidt tegen september en dat dit zal worden gedaan door de ambtenaren van zijn administratie en niét meer door zijn kabinetsmedewerkers. Vlaanderen heeft nl gesnoeid in de wildgroei aan kabinetsmedewerkers. Er zullen er in de regering Peeters II zo'n 40% minder zijn. Dat is alvast één besparing. Opmerkelijk is wel, dat ook op dit gebied Wallonië niet volgt. Daar wordt zogezegd ook gesnoeid, maar slechts een 12%. Het resultaat van dat Waalse snoeien is, dat bv de Waalse minister-president Demotte driemaal meer kabinetsmedewerkers overhoudt dan zijn Vlaamse collega Peeters (theoretisch 127,5 t.o.v. 41!u). De reden, die daarvoor wordt aangehaald, is dat Demotte niet alleen minister-president is van de Waalse deelregering, maar ook van de Franstalige gemeenschap. Via hetzelfde smoesje krijgen ook Demotte's drie vice-presidenten een dubbel aantal kabinetsmedewerkers, iets wat ook Evelyne Uytebroeck (Ecolo) ten deel valt, omdat deze "excellentie" ook nog eens Brussels minister is. Enfin, altijd hetzelfde verhaal: de Vlamingen besparen, de francofonen geven uit. Daarbij dient men trouwens te bedenken, dat in de meeste Europese landen ministers helemaal geen kabinetten hebben. Een departement dient er te werken via zijn administratie van bekwame ambtenaren. De weinige landen, waar ook kabinetsmedewerkers te vinden zijn, zijn Frankrijk, Italië en Griekenland, maar dan praten we over betrekkelijk kleine aantallen. De Waalse deelregering en die van de Franse gemeenschap in België hebben bv samen de helft meer kabinetsmedewerkers dan de Franse regering, die een bevolking vertegenwoordigt die vijftienmaal groter is. Kortom, de overgrote meerderheid van die zgz kabinetsmedewerkers zijn lui die daarin geparachuteerd worden o.w.v. hun partijkaart en die meestal verder geen meerwaarde betekenen voor wie dan ook. Dat zo'n praktijk in Wallonië in een veelvoud gebeurt, is typerend voor de daar nog steeds geldende graaicultuur.