Zoals na zowat elke verkiezing in dit land, heeft men gegarandeerd een discussie over het aantal stemmen dat men moet halen om verkozen te worden en het een feit dat – zoals steeds – het de Vlamingen zijn die daarin benadeeld worden. Die zeteltoewijzing blijkt het gevolg te zijn van het zgn Sint-Michielsakkoord van 1993, een van de zoveel akkoorden waarbij de Vlaamse traditionele partijen zich hebben laten rollen en waarbij deze toewijzing werd vastgelegd op basis van de bevolkingcijfers. In die cijfers zijn ook jongeren en niet-stemgerechtigde vreemdelingen meegerekend. Daar bovenop komt nog het feit dat er in Brussel en Wallonië meer mensen niét gaan stemmen en er daar ook meer blanco en/of ongeldige stemmen zijn. Het resultaat van dat alles is, als men gaat vergelijken met de uitgebrachte stemmen, een Vlaamse verkozene gemiddeld 8500 stemmen meer moet halen dan een Franstalige. Voor 63% van het totaal aantal stemmen krijgt Vlaanderen maar 58% van de zetels, tegenover Wallonië, dat met 33% van de stemmen 42 zetels krijgt. Dat maakt dat, in werkelijkheid, een Vlaamse stem minder waard is dan een Waalse. Om dit systeem te kunnen veranderen, moet er een bijzondere meerderheid in het parlement gevonden worden, plus een meerderheid in elke taalgroep. Dit laatste betekent dat er ook een meerderheid aan Franstalige kant moet zijn en daar wringt meestal het schoentje. Het is een van de redenen, waarom staatshervormingen hier zo lang duren en daarna niet of slecht blijken te werken. Denk maar aan de splitsing van B-H/V, die door de Vlaamse onderhandelaars moest worden afgekocht met absurde compensaties, zoals o.a. het feit dat in er in het tweetalige Brussel alleen nog een Franstalige procureur mag worden. Verder zijn er nog de grendels, de alarmbelprocedures, de belangenconflicten en is het nogal wiedes dat er in dit land nog weinig kan veranderen op politiek vlak. Dat durven ze dan nog ‘consensus democratie’ noemen. Met dank aan de Vlaamse traditionele partijen die het tot stand komen van zo’n kromme situaties hebben goedgekeurd.
---
In de marge van bovenstaande, nog dit. De nieuw verkozenen leggen op 19 juni hun eed af, waarna ze zo'n vier maanden op vakantie kunnen! Het nieuwe parlementaire jaar begint immers pas op de tweede dinsdag van oktober. Van een rotjob gesproken!
|