Men mag nu vóór of tegen de nieuwe regeringscoalitie zijn, één ding staat vast: ze krijgt de kans om te bewijzen dat het ook zonder de socialisten kan. Federaal regeren zonder links is hier al 25 jaar niet meer voorgekomen en is al een verandering op zich. Socialisme is bij ons verworden tot een systeem dat solidair is met bijna iedereen, ook die het niet persé nodig hebben. Dat is nog geen sociaal zijn. Dat laatste betekent immers solidair zijn met de mensen die het echt nodig hebben. De kritiek die links al had op de Zweedse coalitie, nog vóór het regeerakkoord er was, klinkt dan ook zo hol dat het soms lachwekkend wordt.
Zo zegt de S.P.a zich te blijven inzetten voor gratis vervoer voor 65 plussers. Dat terwijl men in Brussel en Wallonië, waar links het toch voor het zeggen heeft, het nu al niet meer bestaat. 65 plussers kunnen daar een goedkoop abonnement kopen voor een heel jaar en daarmee de hele tijd het openbaar vervoer nemen voor een prikje, maar niet meer gratis. Bij links Vlaanderen blijkt nog steeds de geest van Steve Stunt rond te waren.
Hetzelfde met het inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs, dat zal verhoogd worden tot ergens tegen de 1.000 euro. Dat ook is nog altijd minder dan in de andere gewesten waar daartegen geen of nauwelijks protest is.
En dat de pensioenleeftijd op termijn met twee jaar zal verhoogd worden, is ook al een maatregel die reeds bestaat in Nederland en Duitsland, buurlanden waartegen we moeten concurreren op de internationale markten. Toen de regel met 65 op pensioen te gaan bij ons werd ingevoerd, kort na de Tweede Wereldoorlog, was de gemiddelde levensverwachting van de Belg ergens tussen 65 en 70. Nu zit die bijna 20 jaar hoger en zullen de pensioenen – ondanks het feit dat ze bij de laagste van Europa behoren – straks niet meer betaalbaar zijn. Dat ene jaar dat er over tien jaar bij komt en dat tweede over vijftien jaar, zal de zaak niet maken, tenzij voor mensen die gewoon niet graag werken. Wie het niet meer zal kunnen o.w.v. zijn gezondheid heeft in dit land mogelijkheden genoeg om een andere oplossing te vinden. Ik zou ze trouwens niet graag de kost geven alle inwonenden van dit land die momenteel ergens geld beuren zonder er iets voor te moeten doen.
Interessant in dat debat over pensioenen blijft natuurlijk het feit dat de Zweedse coalitie zich hierin grotendeels steunt op de aanbevelingen van de commissie o.l.v. Frank Vandenbroucke, socialist en ex-minister van Pensioenen voor zijn partij. Waarbij zich wel de vraag stelt, waarom Brouckie er toen zelf niets aan gedaan heeft, toen hij daarvoor verantwoordelijk was. Dezelfde vraag geldt trouwens ook voor de partijgenoten die hem als minister voor Pensioenen zijn voorafgegaan of hebben opgevolgd (o.a. Tobback Sr, Arena en ‘papa’ Daerden), in totaal 18 jaar aan één stuk.
In de cultuursector is het niet zo dat subsidies allerhande een verworven recht zouden zijn. Het lijkt daar zo’n beetje zoals bij de islam: wat eens veroverd werd, wordt niet meer afgegeven en desnoods terug genomen. Toen Bertje Anciaux minister van Cultuur werd, werden de meest gekke toestanden in de sector gesubsidieerd (denk maar aan die mosselpot) en werd het budget zo goed als verdubbeld. Een stapje terug zal niet het einde van de cultuur betekenen. In Nederland heeft men dat al twee keer gedaan, de tweede keer zelfs door de huidige regering met daarin ook de socialisten.
Tenslotte is er de mogelijkheid van een indexsprong in maart/april van volgend jaar. In de jaren tachtig van de vorige eeuw hebben we er zo niet één maar drie meegemaakt (nota bene: zónder de sociale correctie die nu is voorgesteld), plus een devaluatie van de Belgische frank en – daarna, nota bene: onder de roodroomse regering van Dehaene - een drastische verhoging van de BTW-tarieven. Als dat toen niet gebeurd was, had dit land, met Brussel als zgz Europese hoofdstad, zelfs geen deel kunnen uitmaken van de Eurozone…
|