Ik zou het haast nog vergeten, maar vorige week kwam de nationale bezigheidstherapie, de zaak van de Bende van Nijvel, weer in het nieuws. N.a.v. een zoveelste tip (over een zaak van 35 jaar geleden!) werd er nog maar eens twee dagen gegraven naar een mogelijk lijk in een bos in het Waals-Brabantse Précot. Niets gevonden natuurlijk en zo zal het wel blijven duren tot deze zaak helemaal zal verjaard zijn, zelfs na een verlenging van de termijn ervan.
Het onderzoek naar de Bende van Nijvel is steeds door hogerhand geboycot geweest. Het begon met het overplaatsen van het dossier van Dendermonde naar Charleroi. Dat was voor niets nodig: de meeste slachtoffers waren Vlamingen, de meeste verdachten francofonen. Het kon dus even goed in Dendermonde blijven, maar dat mocht niet om redenen die nooit echt bekend zijn geworden. In Charleroi bleef het dossier in de kasten stof vergaren, tot men er terug mee begon en er een speciale eenheid voor oprichtte die ondertussen veel geld heeft gekost en niets heeft verwezenlijkt.
Een bijkomende reden waarom men deze zaak een stille dood zal doen sterven, is de algemene belgicistische opvatting dat het hier ging om iets uit de extreemrechtse kringen, terwijl men nooit de moeite heeft gedaan eens in extreemlinkse hoek te zoeken. In dezelfde periode van de aanslagen door de Bende van Nijvel waren er ook de acties van de communistische CCC, die het openlijk en bloot op de democratie gemunt had. Van het ogenblik dat die organisatie werd opgerold gebeurde er geen enkele aanslag door de bende meer. Té toevallig om waar te zijn. Of die CCC’ers er zich effectief mee bezig hielden, zal men nooit te weten komen. Dat ze er rechtstreeks of onrechtstreeks mee te maken hadden, is meer dan waarschijnlijk. Dat was en blijft althans mijn mening in deze zaak.
|