In de weekeindeditie van De Tijd staat een uitgebreid interview met Bart De Wever, die zegt te hopen op een historisch akkoord met de PS in 2024. In één adem vertelt hij daarbij dat er met het Vlaams Belang geen zaken te doen zijn. Nou, nou...
Om te beginnen heeft De Wever wél gelijk als hij zegt dat de gesprekken die hij had met Paul Magnette voor de vorming van een Paarsgele federale regering vrij positief waren en dat – volgens hem – de PS ook nu bereid zou geweest zijn om tot e.o.a. vorm van confederalisme te komen. Dat het tenslotte Paarsgroen+ geworden is, was in de eerste plaats de schuld van de Vlaamse liberalen, maar zelfs een Paarsgele combinatie had de stap naar het confederalisme niet meteen kunnen waarmaken, hoogstens voorbereiden tegen 2024.
2024 is echter nog ver weg en tegen die tijd kan er nog veel gebeuren. Zelfs al zou Paarsgroen+ zijn termijn niet uitdoen dan zal een eventuele tussentijdse regering ook niet méér kunnen doen dan e.e.a. voorbereiden. Maar het belangrijkste is, volgens mij, de vraag in hoever N-VA nog zal kunnen wegen tegen die tijd. Volgens de allerlaatste peiling naar het kiesgedrag zakt de N-VA voor het eerst sinds lang onder de 20% en blijft het Vlaams Belang Vlaanderens grootste partij. Nu is zo’n peiling maar een tijdelijke vaststelling, maar ze bevestigt wel de vorige enquêtes. Als het verschil tussen N-VA en VB zal blijven groeien – wat tot de mogelijkheden behoort – dan zal in 2024 het Vlaams Belang eerst aan het woord komen en zal Vlaanderen er alle belang bij hebben dat de twee Vlaamsnationale partijen aan één zeel zullen trekken. Als dat niet het geval zou zijn, zullen ze voor de zoveelste keer het kind van de rekening worden en door de belgicisten buitenspel worden gezet, zoals dat gebeurd is na Marrakech, bij de regering in lopende zaken en die van Wilmès én bij het mislukken van Paarsgeel.
Als Vlaanderen ook in 2024 er niet in zal slagen een einde te maken aan dit België, dan zal inderdaad ‘het Vlaamse volk het enige ter wereld blijven dat altijd een grote toekomst zal hebben in zijn verleden’ (dixit Anton van Duinkerken, pseudoniem voor Willem Asselbergs, dichter, essayist en hoogleraar, Nederlander uit Bergen op Zoom, net over de grens in Noord-Brabant).
|