De Belgische nationale feestdag wordt er een in mineur. Officieel omdat er die enorme overstromingen zijn geweest, waarvoor men op de vooravond van 21 juli een nationale rouwdag houdt. In werkelijkheid zou er ook zonder die zondvloed weinig te vieren zijn geweest.
Uit een nieuw rapport over de financiële toestand van dit land door het Monitoringcomité blijkt nl dat het Belgisch begrotingstekort zo’n 5 miljard groter uitvalt dan wat eerst was geraamd en misschien zelfs nóg groter kan worden. De inkomsten blijken wel stabiel te zijn, maar de uitgaven liggen liefst 20 miljard euro hoger dan vóór corona. En zoals ik reeds meldde in mijn blog van 4 dezer (‘Het Waalse failliet’) heeft dat grotendeels te maken met de financiële toestand van Wallonië, waar men nog steeds rekent met wat De Tijd de ‘sneeuw voor de zon’ doctrine noemt, verwijzend naar de uitspraak van wijlen Guy Mathot die ooit stelde, dat het gat in de begroting er vanzelf gekomen was en ook wel van zelf zou verdwijnen. Niet dus.
Met de vakantie voor de deur zullen de meeste problemen verschoven worden naar het najaar, maar daarmee zijn ze niet opgelost. En dat geldt niet alleen voor de begroting, maar ook voor o.m. de kernuitstap, de hervormingen van de arbeidsmarkt, de pensioenen, financiën en de klimaatdoelstellingen. Tegenover het beoogde relancebeleid, staat voorlopig niets anders dan een uitgavenbeleid, wat zeker voor de liberalen in de Paarsgroen+ regering een weinig aantrekkelijk vooruitzicht zal worden.
|