In deze zoveelste stakingsweek is nog maar eens duidelijk gebleken dat onze automatische index, waar onze politiek zo fier op is, het tegenovergestelde bereikt van wat in de andere landen gebeurt. Hier ligt alles vast, daar wordt dat per sector besproken. Bedrijven die grote winsten maken kunnen daar hun medewerkers extra belonen. Maar wie het niet voor de wind gaat is er niet verplicht hogere lonen te geven. Hier Krijgen ook medewerkers bij bedrijven waar het niet draait evenveel procent meer, met het risico dat die bedrijven zich zo uit de markt zouden prijzen en straks riskeren niet meer te kunnen concurreren, misschien zelfs ermee stoppen en de medewerkers zo hun job verliezen.
Dit land met zijn 400.000 werklozen, evenveel langdurig zieken en 1,2 miljoen ambtenaren werkt niet meer. Daarbij komen nog de uitkeringen die automatisch mee stijgen met de index en zelfs daar houdt het niet bij op. In tegenstelling met de buurlanden, wordt de werkloosheid hier niet beperkt in de tijd. Dat laatste is de reden waarom bv Noord-Franse werklozen wel naar West-Vlaanderen komen werken – voor hen het buitenland - terwijl werklozen uit Henegouwen, België’s armste provincie die aan West-Vlaanderen grenst, dat niét doen in eigen land.
Als het hier zoveel beter geregeld zou zijn dan in de buurlanden, zoals Crootje ons tracht wijs te maken, waarom wordt er daar dan niet gestaakt? Omdat daar ruimte is om tot een gesprek te komen tussen werkgevers en werknemers, wat hier niet kan, daar alles al vast ligt via die automatische index en er dus niet meer kán gepraat worden. De tijd dat de federale regering, bij een patstelling tussen de sociale partners, tenslotte bijpaste, is voorbij. Zelfs de gouverneur van de Nationale Bank heeft het gezegd: ‘Het geld is op’.
|